Ho'Din | |
---|---|
![]() | |
Biologie | |
Indeling: |
Intelligent |
Classificatie: |
Reptielen |
Lengte: |
2,75 tot 3,00 meter |
Levensduur: |
> 120 jaar |
Ademhaling: |
Zuurstof |
Herkomst | |
Thuisplaneet: |
Moltok |
Taal: |
Ho'Din |
Schrift: |
Ho'Din |

Spero, de Ho’Din
Quote: "Technology is an affront to Nature."
-- Ho’Din
Ho'Din waren een zeer groot intelligent species van Moltok dat gekenmerkt werd door verschillende slierten op hun hoofd. Ze stonden bekend als één van de allerbeste botanisten in het universum.
Fysiologie[]
Ho’Din betekent ‘wandelende bloem’ in hun eigen taal en die naam was perfect gekozen voor deze wezens. Een Ho’Din kon wel drie meter groot worden en bezat een soort rubberachtige huid. De Ho’Din hadden donkere ogen en een liploze mond.
Hun gestalte deed denken aan Wuppa Grass dat waaide door de wind maar het waren vooral de slierten op hun hoofd dat de Ho’Din herkenbaar maakten. Deze slierten waren bezaaid met schubben en waren vaak rood of violet van kleur. Op het uiteinde bevatten deze slierten thermografische eigenschappen waarmee ze de kamertemperatuur konden meten. Hun handen met vier vingers waren voorzien van zuignappen en van vliezen. Deze werden echter vaak geknipt uit ijdelheid.
Samenleving[]
De Ho’Din leefden op de hete planeet Moltok in de regenwouden in de minder warme gebieden. Er viel wel 10 meter regen per jaar en de Ho’Din bouwden hun woningen op en in de kruinen van de hoge bomen in de bossen.
Ho’Din waren meester-botanisten. Het aanleggen van een huis en tuin van een aanzienlijke grootte was een goede manier om aan status te winnen. Grote lianen werden als bruggen en wegen aangelegd en dienden om gebouwen te ondersteunen. Enorme bladeren versierden de woningen van de Ho’Din.
De tuinen van de Ho’Din waren uniek en bevatten planten die nergens anders te vinden waren. De tuinen strekten zich uit over verschillende verdiepingen en de planten werden opgesteld naarmate het aantal zonlicht dat ze nodig hadden. Carnivore planten stonden strategisch opgesteld om insecten buiten te houden. Een zeer grote bijdrage die de Ho’Din aan het universum leverden, was hun kennis van de farmacie. Hun jarenlange studie van medicijnen zorgde voor de creatie van zeer sterke helende planten die erg effectief ziektes konden genezen. De aanwezigheid van technologie werd op Moltok zo beperkt mogelijk gehouden.
De relatie met de planten was afkomstig van hun verafgoding voor de natuur. Ze geloofden dat ze afstamden van planten en als straf voor het begaan van zonden, waren ze nu veranderd in dieren. Wanneer een Ho’Din als een goede bewaker van de natuur leefde en optrad, geloofde hij of zij dat er uiteindelijk kon teruggekeerd worden naar de Virtuous Circle of Life waar ze herboren werden als planten. Deze religie weerspiegelde zich in verschillende gebruiken. Zo werden overleden Ho’Din gewoon achtergelaten op de grond zodat de bodem hen kon opeisen. De herfst werd gevierd als een teken van vergiffenis en de zon en de regen werden aanboden als vruchtbaarheidssymbolen. De maatschappij werd geleid door de Dinante Fli'R priesters.
Ho’Din waren partners voor het leven en voortplanting was enkel mogelijk dankzij een Dinante Fli'R priesteres. Deze persoon verdeelde het ‘zaad’ van het leven, dat werd verkregen van de mannelijke Ho’Din, tot bij de vrouwelijke Ho’Din, net op de manier waarop planten worden bevrucht. Kinderen die op een ‘onnatuurlijke’ wijze werden geboren, werden voor dood achtergelaten. Dit gebeurde echter zelden omdat de Ho’Din zeer goede anticonceptiva hadden ontwikkeld om basis van planten. Ho’Din kinderen waren blind en zonder hun slierten. Deze kwamen pas tevoorschijn wanneer het kind 7 jaar oud was. Jaar na jaar bleven ze groeien en de groene kleur veranderde naar rood of paars. Op 30 jaar was de Ho’Din sexueel volwassen.
De genetica bepaalde de kleur en de grootte van de hoofdslierten maar de Ho’Din konden deze beïnvloedden. Mannelijke Ho’Din konden hun slierten laten verdikken terwijl vrouwelijke Ho’Din hun slierten slank lieten maken.
Ho’Din waren ijdel en accepteerden slecht kritiek. Technologie werd dus enkel gebruikt indien noodzakelijk.
Geschiedenis[]
Hoewel de Ho’Din geloofden dat ze van planten afstamden, was dit ongeloofwaardig aangezien het koudbloedige wezens waren en als reptielen stonden gecatalogeerd.
Zo’n 3 eeuwen geleden, belandden de vroege Ho’Din op de grond van Moltok om aan mijnbouw, landbouw en constructie te doen. Deze periode stond bekend als de Great Rape of the Land en leidde tot een plaag die bijna de Ho’Din uitroeide. De grond in de bossen wemelde van organismes die levend materiaal zo snel mogelijk afbraken waardoor de grond snel weer werd ververst. Toen de bomen verdwenen, begonnen deze organismes hun energie te steken in de nieuwe bewoners van de grond: de Ho’Din. De organismes kwamen in het spijsverteringskanaal van de Ho’Din terecht die terug in de bomen moesten vluchten. Na onderzoek ontdekten ze een therapie met kruiden om zich te weren tegen deze organismes.
Wanneer Ho’Din naar andere planeten reisden, moesten ze een voorraad zuurstof meenemen alvorens ze gewoon konden geraken aan de andere atmosfeer. Ho’Din konden omwille van hun schoonheid een succesvolle loopbaan uitbouwen als model of in de ontspanningssector. De meeste Ho’Din stonden echter bekend als botanisten of farmaceuten.
Bron[]
- Galaxy Guide 4: Alien Races – 1ste vermelding
- Shadows of the Empire
- Ultimate Alien Anthology