Star Wars Wiki

26-28 juni 2013: Celebration Europe II in Duitsland. Meer info op deze site.

MEER LEZEN

Star Wars Wiki
Otoh Gunga
Locatie
Planeet:

Naboo

Regio:

Lake Paonga

Type:

Stad

Geschiedenis
Eigenaar:

Gungans

Quote: "Ex-squeeze me, but da most safest place t'would be Gunga city. 'Tis where I grew up... 'Tis a hidden city"
-- Jar Jar Binks

Otoh Gunga (of ‘Gunga City’) was de grootste stad van de Gungans op Naboo ten tijde van de Invasion of Naboo, gelegen en verborgen in Lake Paonga.

Bouw[]

Otoh Gunga zou honderden jaren voor de oprichting van het Galactic Empire zijn opgericht in de donkere wateren van Lake Paonga, grenzend aan een klif onderwater. Door de ontdekking van de Locap wortels kon er gestart worden met de bouw. Toen de Gungans de strijdbijl onderling begroeven, kwam er een nood voor een grote, centrale hoofdstad voor hun volk. Otoh Gunga (Gungan City eigenlijk in Gunganese) moest een stad worden voor alle Gungans.

Rondom een centrale Bubble Wort processing plant vormden zich enkele woon- en administratieve blokken. Deze blokken waren Hydrostatic Force Field Bubbles. Gezien de nabijheid van de Caves of Eleuabad, moest Otoh Gunga steeds worden beschermd tegen enorme roofdieren die in de wateren van Naboo heersten. De talloze Otoh Villages, waar de meeste Gungan gezinnen leefden, omringden het centrale deel van Otoh Gunga.

Hoe Otoh Gunga precies was gebouwd, was één van de geheimen van de Gungans. De ingenieurs waren zowel kunstenaars die de gebouwen en technologie in harmonie maakten met de samenleving en de omgeving. Elke bubbel werd voorzien van een organische ‘schelp’ die uniek was qua vorm. Daarna werd het dankzij het Plasma van Naboo herschapen tot een drijvend geheel.

Expansie[]

Onder de leiding van Boss Rugor Nass beleefde Otoh Gunga een enorme expansie. Nass wou de grandeur van het Gungan volk tot uiting laten komen via Otoh Gunga. De stad huisde ongeveer 1 miljoen Gungans rond 32 BBY.

Otoh Gunga

City Bigspace

Nass liet de City Bigspace bouwen, een gemeenschappelijke verzamelplaats die de talloze blokken in de stad moest verbinden en moest fungeren als een trekpleister en gemeenschappelijk centrum voor de stad. Uit de City Bigspace vertrokken verschillende wegen naar andere belangrijke locaties zoals de Bubble Wort plant en de Gungan High Council. Rond de Bigspace bevonden zich de ‘garages’ voor de Bongos en allerlei eetgelegenheden waar het beste eten werd geserveerd in Otoh Gunga. Onder City Bigspace bevonden zich ruimtes voor het Gungan Grand Army met de barakken voor de bewakers van Otoh Gunga, opslagplaatsen en stallen voor de dieren van het leger. Slechts weinig buitenstaanders hadden ooit Otoh Gunga mogen betreden. Nochtans was Otoh Gunga een wonder om te aanschouwen. De schitterende bubbels verlichtten het water van Lake Paonga alsof er zonlicht door het water drong.

Ten tijde van de Invasion of Naboo was Nass nog in discussie met de Rep Council over de inhoud van de Public Display Bubbles in City Bigspace. Na de invasie beeldden deze de verovering en de bevrijding van Naboo uit met uiteraard een speciale plaats voor Rugor Nass zelf. Buitenstaanders waren nu ook meer welkom.

Hoewel Otoh Gunga werd vernieuwd, bevond het Ancient Quarter, tussen City Bigspace en de oostelijke bubbels, zich in een verouderde staat.

Geschiedenis[]

In 32 BBY kwamen Qui-Gon Jinn en Obi-Wan Kenobi dankzij Jar Jar Binks terecht in Otoh Gunga. Binks was nochtans uit de stad verbannen en werd gevangen genomen bij zijn terugkeer. Jinn en Kenobi slaagden om met Binks in een Tribubble Bongo Sub naar Theed te reizen.

Otoh Gunga Chiang

Otoh Gunga in Lake Paonga

Later moest Otoh Gunga worden geëvacueerd tijdens de opmars van de Trade Federation. De Gungans dachten dat Otoh Gunga nooit zou ontdekt worden maar uit voorzorg trokken ze naar de Gallo Mountains en de Gungan Sacred Place. Nadat de Trade Federation werd verslagen, werd Otoh Gunga hersteld in zijn grandeur en mochten ook buitenstaanders de stad bezoeken. Otoh Gunga werd zelfs een toeristische trekpleister en geliefd door pas gehuwde koppels.

Verschijning[]

Bron[]